Als werkgever moet je ervoor zorgen dat de werkomgeving veilig is en dat werknemers, klanten en cliënten beschermd worden tegen seksuele intimidatie. Je belangrijkste taak is om seksuele intimidatie te voorkomen. Maar als het toch gebeurt en een werknemer een klacht indient, is het belangrijk om dit zorgvuldig aan te pakken. Uit recente oordelen van het College voor de Rechten van de Mens blijkt dat werkgevers nog niet altijd goed op de hoogte zijn van deze zorgplicht of niet precies weten hoe ze hiermee moeten omgaan.
Wat wordt er van jou als werkgever verwacht?
Om seksuele intimidatie te voorkomen, moet je als werkgever volgens de Arbowet alle arbeidsrisico’s, waaronder seksuele intimidatie, in kaart brengen. Op basis hiervan moet je een plan van aanpak opstellen om de risico’s te beheersen. Als je weet dat er sprake is van seksuele intimidatie moet je direct ingrijpen, inclusief passende maatregelen bij intimidatie door een leidinggevende.
Victimisatie
Klachten over seksuele intimidatie moeten zorgvuldig en vertrouwelijk worden behandeld, met hoor- en wederhoor. De klager moet op de hoogte worden gesteld van de resultaten van het onderzoek. Iemand die een klacht heeft ingediend over seksuele intimidatie, mag je als werkgever niet benadelen vanwege deze klacht. Dit noemen we het verbod op ‘victimisatie’. Er is sprake van victimisatie door bijvoorbeeld geen contract te verlengen of door pestgedrag op de werkvloer.
Nazorg
Naast een goede klachtafhandeling is nazorg van groot belang. Met nazorg bedoelen we het controleren van het welzijn van de klager. Dit kun je doen door na afhandeling van de klacht te vragen hoe het gaat en te checken of de seksuele intimidatie gestopt is. Het creëren van draagvlak bij collega’s kan ook nodig zijn, vooral bij situaties die onrust veroorzaakten op de werkvloer.
Samengevat neem je de volgende stappen:
- Preventie
- Ingrijpen wanneer seksuele intimidatie voorkomt
- Zorgvuldige klachtenafhandeling
- Victimisatie voorkomen
- Nazorg
Rol College bij klachten over seksuele intimidatie
Het College onderzoekt of werkgevers voldoen aan de zorgplicht. Bij klachten over werkgevers bij seksuele intimidatie, die als een vorm van discriminatie wordt beschouwd, kan het College ingeschakeld worden.
Het College voert een onderzoek uit, organiseert een hoorzitting en velt uiteindelijk een oordeel over de naleving van de gelijkebehandelingswetgeving door de organisatie. De procedure richt zich niet op het ‘aanklagen’ van individuen, maar op de verantwoordelijkheid van de organisatie of het bedrijf waarbinnen de seksuele intimidatie heeft plaatsgevonden.
Praktijkvoorbeelden
Zaak 1: WhatsAppgesprek tussen collega’s
Bij een deurwaarders- en incassokantoor ontstaat ongepast WhatsAppcontact tussen een vrouwelijke werknemer en een mannelijke collega. De vrouwelijke werknemer dient een klacht in. Na haar klacht volgt een snelle en zorgvuldige afhandeling. Maar na het gesprek wordt de vrouw zonder duidelijke reden onmiddellijk niet meer tewerkgesteld. Volgens het College is dit victimisatie, een direct gevolg van haar klacht.
Zaak 2: Seksuele intimidatie bij sorteercentrum PostNL
Een vrouw bij PostNL dient samen met twee collega’s een klacht in over seksueel grensoverschrijdend gedrag door de procesexpert. Het onderzoek toont aan dat de procesexpert herhaaldelijk grenzen overschrijdt in zijn gedrag naar vrouwelijke medewerkers. Ondanks het externe onderzoeksbureau heeft de werkgever volgens het College essentiële steken laten vallen. Het intrekken van de klacht door een collega had tot diepgaander onderzoek moeten leiden. Dit kan namelijk een aanwijzing van een onveilige werkomgeving zijn.
Verantwoordelijkheid als werkgever
Als werkgever moet je zorgen voor een veilige werkomgeving en seksueel overschrijdend gedrag voorkomen. Heb je een case waarbij je hulp of advies nodig hebt? Onze specialisten denken graag met je mee. Neem contact met ons op voor meer informatie.